Zoeken

Evangelie volgens Marcus 2,12 - Hij stond op, nam zijn bed en voor aller ogen ging hij onmiddellijk naar buiten. Iedereen stond er versteld van, en ze verheerlijkten God en zeiden: “Zoiets hebben wij nog nooit gezien.”
Evangelie volgens Lucas 5,25 - Onmiddellijk stond hij voor aller ogen op, nam het bed waarop hij gelegen had mee en ging God verheerlijkend naar huis.
Evangelie volgens Lucas 5,26 - Iedereen stond er versteld van en ze verheerlijkten God; vol ontzag zeiden zij: 'Wij zijn vandaag van ongehoorde dingen getuigen geweest.'
Evangelie volgens Matteüs 2,21 - Hij stond op, nam het Kind en zijn moeder en ging naar het land Israël.
Handelingen van de Apostelen 9,34 - Petrus sprak tot hem: “Eneas, Jezus Christus geneest u, sta op en maak zelf uw bed in orde.” Onmiddellijk stond hij op.
Evangelie volgens Marcus 1,35 - Vroeg, nog diep in de nacht, stond Hij op, ging naar buiten en begaf zich naar een eenzame plaats, waar Hij bleef bidden.
Handelingen van de Apostelen 3,8 - met een sprong stond hij overeind, begon te lopen en ging lopend en springend met hen de tempel binnen, terwijl hij God verheerlijkte.
2 Koningen 4,21 - Zij droeg hem naar boven, legde hem op het bed van de man Gods, deed de deur achter zich dicht en ging naar buiten.
1 Samuel 9,26 - Zij stonden vroeg op, en zodra de dag aangebroken was riep Samuël tot Saul op het dakterras: `Kom, dan zal ik u uitgeleide doen.' Saul kwam en samen gingen zij naar buiten, hij en Samuël.
Ezechiël 2,10 - Hij rolde ze voor mij af; ze was beschreven van binnen en van buiten; er stonden klaagliederen op, treurzangen en weeklachten.
2 Koningen 9,6 - Jehu stond op, zij gingen naar binnen en daar goot de profeet de olie uit over het hoofd van Jehu en zei tot hem: `Zo spreekt Jahwe, de God van Israël: Ik zalf u tot koning over Israël, het volk van Jahwe.
Evangelie volgens Johannes 13,4 - stond Hij van tafel op, legde zijn bovenkleren af, nam een linnen doek en omgordde zich daarmee.
Zacharias 1,11 - Toen antwoordden zij de engel van Jahwe die tussen de mirten stond en zeiden: 'Wij hebben de aarde doorkruist; heel de aarde is in volkomen rust.'
Handelingen van de Apostelen 16,10 - Na zijn visioen zochten wij onmiddellijk een gelegenheid om naar Macedonië te vertrekken, want we maakten er uit op, dat God ons geroepen had om hun het Evangelie te verkondigen.
1 Samuel 4,15 - Eli was achtennegentig jaar; zijn ogen stonden star en hij kon niet meer zien.
Handelingen van de Apostelen 9,8 - Saulus stond van de grond op, maar hoewel zijn ogen open waren, zag hij niets. Zij namen hem dus bij de hand en brachten hem Damascus binnen.
Wijsheid 4,14 - want zijn ziel was welgevallig aan de Heer: daarom ging hij spoedig heen uit de slechte wereld. De mensen zien dat wel, maar begrijpen het niet; in hun gedachten komt zoiets niet eens op,
Evangelie volgens Lucas 8,55 - Haar levensgeesten keerden terug en onmiddellijk stond ze op. Hij gaf opdracht haar te eten te geven.
Jonas 1,3 - En Jona stond op, maar om te vluchten naar Tarsis, weg van Jahwe. Hij begaf zich naar Jafo en hij vond daar een schip dat op het punt stond naar Tarsis te varen; hij betaalde voor de overtocht en ging aan boord om mee te varen naar Tarsis, weg van Jahwe.
1 Johannes 1,2 - Want het leven is verschenen; het eeuwige leven dat bij de Vader was, heeft zich aan ons geopenbaard, wij hebben het gezien, wij getuigen er van, wij maken het u bekend.
Jesaja 59,11 - Wij grommen allen als beren en kirren klagend als duiven. Wij hopen op recht maar zien er niets van, op redding, maar die blijft ver van ons weg.
1 Koningen 19,8 - Toen stond hij op, at en dronk, en gesterkt door dat voedsel liep hij veertig dagen en nachten, tot hij de berg van God, de Horeb, bereikte. 
1 Koningen 2,19 - Toen nu Batseba bij koning Salomo binnenkwam om over Adonia's verzoek te spreken, stond de koning op, ging haar tegemoet en boog zich voor haar neer. Daarna ging hij op zijn troon zitten en liet aan zijn rechterhand een zetel plaatsen. De moeder van de koning ging zitten
Daniël 14,39 - Toen stond Daniël op en at. En Gods engel bracht Habakuk onmiddellijk terug naar de plaats vanwaar hij hem had weggevoerd.
Jesaja 43,26 - Klaagt Mij aan, wij maken er een rechtszaak van, bepleit uw zaak en laat eens zien dat gij gelijk hebt.
Deuteronomium 25,16 - Want Jahwe uw God heeft een afschuw van iedereen die zoiets doet, van iedereen die onrecht doet.
Genesis 47,15 - Toen al het geld in Egypte en Kanaän op was, kwamen de Egyptenaren bij Jozef en zeiden: `Geef ons brood! Moeten wij onder uw ogen sterven? Ons geld is op!'
Wijsheid van Jezus Sirach 42,25 - Elk schepsel bevestigt, hoe goed het andere is. Wie krijgt er ooit genoeg van, Gods heerlijkheid te zien?
Evangelie volgens Lucas 23,35 - Het volk stond toe te kijken, maar de overheidspersonen lachten Hem uit en zeiden: 'Anderen heeft Hij gered; laat Hij zichzelf eens redden, als Hij de Messias van God is, de uitverkorene!'
Evangelie volgens Lucas 22,45 - Toen stond Hij op uit zijn gebed en ging naar zijn leerlingen, maar vond hen van droefheid in slaap.
Genesis 19,1 - De twee engelen kwamen tegen de avond te Sodom aan, terwijl Lot bij de stadspoort zat. Toen Lot hen zag aankomen, stond hij op, ging hun tegemoet, boog diep
1 Samuel 3,8 - En weer riep Jahwe Samuël; nu voor de derde maal. Samuël stond op, ging naar Eli en zei: `Hier ben ik. U hebt mij toch geroepen?' Toen begreep Eli dat het Jahwe was die de jongen riep.
2 Makkabeeën 14,45 - Hoewel het bloed uit zijn zwaar gekwetste lichaam stroomde, leefde hij nog. Gloeiend van verontwaardiging stond hij op, liep door de menigte heen en ging op een steile rots staan.
Evangelie volgens Marcus 4,39 - Hij stond op, richtte zich met een dwingend woord tot de wind en sprak tot het water: “Zwijg, stil!” De wind ging liggen en het werd volmaakt stil.
Evangelie volgens Lucas 8,24 - Ze liepen dan ook naar Hem toe en maakten Hem wakker met de uitroep: 'Meester, Meester, wij vergaan!' Hij stond op, richtte zich met een dwingend woord tot de wind en het woeste water, ze bedaarden en het werd stil.
Evangelie volgens Lucas 9,43 - En allen stonden verbaasd over de grootheid van God. Maar terwijl iedereen zich verbaasde over alles wat Hij deed, sprak Hij tot zijn leerlingen:
Numeri 31,49 - en zeiden: `Uw dienaren hebben een telling gehouden van de mannen die onder ons bevel stonden en niet een van hen wordt vermist.
Judit 11,20 - Haar woorden vielen bij Holofernes en heel zijn gevolg in goede aarde. Zij stonden verwonderd over haar wijsheid en zeiden:
Handelingen van de Apostelen 5,4 - Bleef het soms niet uw eigendom zolang het onverkocht was, en stond ook daarna nog de opbrengst niet tot uw beschikking? Hoe is zoiets bij u opgekomen? Ge hebt niet tegen mensen gelogen, maar tegen God.”
Jeremia 42,2 - bij de profeet Jeremia en zeiden: `Wij smeken u tot Jahwe uw God te bidden voor ons die nog over zijn. Wij waren zeer talrijk; nu zijn we maar met weinigen meer, zoals uzelf kunt zien.
Evangelie volgens Matteüs 9,33 - Zodra de duivel was uitgedreven, begon de stomme te spreken. De mensen zeiden vol verbazing: “Nog nooit heeft men in Israël zó iets gezien.”
Evangelie volgens Marcus 16,8 - De vrouwen gingen naar buiten en vluchtten weg van het graf; want schrik en ontsteltenis hadden hen overweldigd. En uit vrees zeiden ze er niemand iets van.
1 Koningen 14,4 - De vrouw van Jerobeam deed dit: ze begaf zich op weg naar Silo en kwam aan bij het huis van Achia. Deze nu kon niet meer zien, omdat zijn ogen star stonden van ouderdom,
Evangelie volgens Johannes 9,40 - Enkele Farizeeën die bij Hem stonden, hoorden dit en zeiden tot Hem: “Zijn ook wij soms blind?”
2 Samuel 13,31 - De koning stond op, scheurde zijn kleren doormidden en wierp zich op de grond; al zijn hovelingen stonden met gescheurde kleren om hem heen.
Evangelie volgens Marcus 5,42 - Onmiddellijk stond het meisje op en liep rond; want het was twaalf jaar. En ze stonden stom van verbazing.
Evangelie volgens Matteüs 27,52 - De graven gingen open en de lichamen van vele heilige mensen die ontslapen waren, stonden op.
Genesis 23,7 - Toen stond Abraham op, boog diep voor de Hethieten, de ingezetenen van het land,
Evangelie volgens Lucas 5,28 - De man stond op, liet alles achter en volgde Hem.
Genesis 24,30 - Nadat hij de ring en de armbanden om de polsen van zijn zuster had gezien, en haar hele verhaal had gehoord, ging hij meteen naar hem toe; hij stond daar nog met zijn kamelen bij de bron.